Eindelijk is het zover: de al jarenlang aangekondige wijziging van de wetgeving over stilzwijgende verlengingen van abonnementen is vandaag van kracht geworden. Daardoor is het voor consumenten onmogelijk geworden om (bijvoorbeeld) na een eerste contract van een jaar door een te late opzegging nog een jaar aan dat contract vast te zitten.|
Het wetsvoorstel geldt voor nagenoeg alle soorten abonnementen of contracten waardoor zaken of diensten worden geleverd, zoals bijvoorbeeld abonnementen van een sportschool en de levering van energie. Voor verzekeringen en lidmaatschappen van verenigingen geldt de nieuwe wet niet. Voor kranten en tijdschriften is (voorlopig) een uitzondering gemaakt, zij mogen verlengen met telkens maximaal 3 maanden.
Voor alle overige abonnementen geldt dat na de eerste contractsperiode altijd moet kunnen worden opgezegd met inachtneming van een opzegtermijn van 1 maand. Omdat dit geldt na afloop van het oorspronkelijke contract, kan de consument bij aanvang van het contract nog wel voor voor langere tijd (in beginsel maximaal een jaar) worden gebonden. Daarna is het conctract per maand opzegbaar, (of per kwartaal voor kranten en tijdschriften). Dit zal met name gevolgen hebben voor sportscholen, die vaak afhankelijk zijn van langlopende abonnementen.
Voor telefonie en internettoegang golden al langer soortgelijke regels. Dus ook voor een mobieltje geldt dat een stilzwijgende verlenging van een contract van 12 maanden niet mogelijk is. Wellicht dat u zich afvraagt hoe het zit met tweejarige contracten, mag dat wel voor mobiele telefoons? Ook voor telefonie geldt dat een eerste termijn van een contract in beginsel maximaal 1 jaar mag zijn. Maar als tegenover een tweejarig contract een gratis mobieltje staat met een bepaalde waarde, dan is een langere termijn dan 1 jaar mogelijk toch gerechtvaardigd.