Iedereen kent ze wel, de waarschuwingsteksten bij een garderobe van een zaal met daarop de tekst: “Gebruik van deze garderobe is op eigen risico.” Maar heeft de exploitant hier ook echt wat aan als het misgaat? Omdat het meestal niet loont om over een vermiste jas of tas te gaan procederen, zijn er weinig uitspraken over dit soort kwesties. Gelukkig heeft er onlangs iemand, die zijn jas kwijt was, toch doorgezet (met hulp van een rechtsbijstandverzekering) zodat de Kantonrechter te Utrecht zich kon uitlaten over de geldigheid van zo’n waarschuwing.

In deze zaak ging het om een garderobe tegen betaling bij een dancing, waarbij zichtbaar algemene voorwaarden waren opgehangen. In deze voorwaarden stond onder meer dat gebruik van de garderobe geschiedt op eigen risico van de gebruiker. Een gebruiker, die haar jas met een waarde van € 388,– kwijt was geraakt, wil echter toch de volledige schade vergoed krijgen van de eigenaar.

De gebruiker ontkent niet dat zij de algemene voorwaarden heeft gelezen, maar stelt dat het ophangen alleen onvoldoende is. De algemene voorwaarden hadden (overeenkomstig artikel 6:234 BW) door de eigenaar overhandigd moeten worden, aldus de gebruiker.

Het klopt dat algemene voorwaarden in principe altijd vooraf aan een wederpartij ter hand moeten worden gesteld, maar de Kantonrechter vindt dat voor een garderobe te onpraktisch en acht het ophangen bij de garderobe voldoende.

De eigenaar moet echter toch de volledige waarde van de jas betalen, omdat de betreffende zin (‘gebruik is op eigen risico’) een exoneratieclausule is die voorkomt op de ‘grijze lijst’. Een dergelijke clausule wordt vermoed onredelijk bezwarend te zijn voor consumenten. De eigenaar van de dancing heeft in deze zaak niet geprobeerd dit vermoeden te weerleggen, en om die reden stelt de Kantonrechter de clausule buiten werking.

De conclusie is dat een goed leesbare waarschuwingstekst bij een garderobe op zich rechtsgeldig kan zijn, maar dat de exploitant wel moet kunnen aantonen dat het in de gegeven omstandigheden redelijk is dat hij zijn aansprakelijkheid beperkt. Dit is niet onmogelijk, de prijs die voor de bewaking van de jas of tas moet worden betaald is immers meestal laag, terwijl de uitbater geen grip heeft op de waarde van de zaken die aan hem worden toevertrouwd. De uitspraak in deze zaak had ook anders kunnen zijn, als de eigenaar de moeite had genomen om uit te leggen wat zijn belang was bij deze clausule.

Lees hier de hele uitspraak van de Kantonrechter te Utrecht.

Bron: rechtspraak.nl

Delen