Een B.V. of N.V. die wordt verkocht kan deel uitmaken van een fiscale eenheid. Dit kan een fiscale eenheid zijn voor de vennootschapsbelasting (VPB), de omzetbelasting (OB) of beide. Indien de aandelen in de vennootschap in andere handen komen, dan heeft dit gevolgen voor de fiscale eenheid. De bestaande fiscale eenheid wordt namelijk verbroken en eventueel treedt de verkochte vennootschap toe tot een nieuwe fiscale eenheid. Hiermee moeten koper en verkoper rekening houden, zowel praktisch (hoe eindigt de fiscale eenheid?) als juridisch (welke bepalingen neem je op in het koop-verkoopcontract?). Hieronder worden de gevolgen van de verbreking van een fiscale eenheid als gevolg van een overname van een B.V. of N.V. (de doelvennootschap) op een rijtje gezet.

Op welk moment eindigt de fiscale eenheid?

Dit is voor de VPB het moment dat de aandelen in de doelvennootschap bij de notaris worden overgedragen. Beëindiging gaat automatisch, de fiscale eenheid eindigt van rechtswege. In de praktijk betekent dit dat de doelvennootschap vanaf de notariële leveringsdatum zelfstandig belastingplichtig is voor de VPB. Tenzij de koper met de doelvennootschap een nieuwe fiscale eenheid aangaat, dan wordt de koper verantwoordelijk in plaats van verkoper.

Voor de OB eindigt de fiscale eenheid niet van rechtswege, daarvoor moet de doelvennootschap of de verkoper een schriftelijk verzoek doen aan de Belastingdienst, uiterlijk op de dag van de notariële levering.

Wat zijn de gevolgen van de beëindiging van de fiscale eenheid?

Indien de verkoop in de loop van een boekjaar plaatsvindt, zullen koper en verkoper voor de VPB gezamenlijk een fiscale balans van de doelvennootschap per leveringsdatum moeten opstellen. Vervolgens kan berekend worden welk bedrag de doelvennootschap over het lopende jaar nog moet afdragen aan verkoper, die immers de aanslag VPB aan de fiscus moet voldoen.

Uiteraard is het praktisch omdat per de eerste van een kwartaal of maand te doen, maar dat betekent dat de notariële levering binnen 5 werkdagen voor of na de die datum moet hebben plaatsgevonden. Voor de fiscus mag je dan de eerste van de maand als einddatum beschouwen.

Voor de OB is het eenvoudiger, omdat er maandelijks of per kwartaal aangifte wordt gedaan. Het is verstandig om de verbreking van de fiscale eenheid hiermee samen te laten vallen, zodat de doelvennootschap de eerstvolgende periode zelf kan aangeven en betalen.

Wat moet er in het overnamecontract geregeld worden?

Voor de koper is van belang dat hij in het overnamecontract gevrijwaard wordt van mogelijke restaansprakelijkheid van de doelvennootschap, voor schulden van de fiscale eenheid. Alle leden van de fiscale eenheid blijven immers hoofdelijk aansprakelijk voor de schulden, die de fiscale eenheid op de datum van verbreking nog bij de fiscus heeft. De doelvennootschap zou dus kunnen worden aangesproken voor belastingschulden van verkoper of een voormalige zustermaatschappij. Dit moet voorkomen worden door een duidelijke vrijwaring in het overnamecontract.

Voor de verkoper is van belang dat goed geregeld wordt dat de bijdrage van de doelvennootschap, in de VPB die de verkoper moet afdragen, tot de datum van verbreking wordt betaald of verrekend. Ook zal moeten worden nagedacht over eventuele naheffingen of teruggaven, die ten laste of ten gunste van de doelvennootschap komen, maar die pas na de verbreking betaald of terugbetaald worden. Meestal zal dit voor- of nadeel voor verkoper zijn, als eindverantwoordelijk richting fiscus, maar indien winst uit het verleden zijn mee verkocht, dan kan dat anders zijn.

Bijzondere aandacht verdient de afwikkeling van de rekening-courantverhouding, die bestaat tussen de verkoper en doelvennootschap, vooral in verband met de fiscale eenheid. Dit leidt regelmatig tot discussies.

Delen